‘Ik heb geleerd om het zuiniger aan te doen’
René Kleine van eetcafé De Kalkwieke is blij. Niet dolgelukkig, maar wel gewoon heel erg blij. Sinds woensdag staan bij hem, net als bij alle andere horecaondernemers in Nederland de deuren weer wagenwijd open. Hoewel hij niet echt bang is geweest om op de fles te gaan, haalt hij nu toch opgelucht adem.
‘Natuurlijk hadden we liever gehad dat alle beperkingen overboord waren gegooid. Eerlijk gezegd denk ik ook dat het prima had gekund. Gewoon de normale sluitingstijd en de anderhalve meter over boord. Die maatregel is gewoon niet handig in een café. Maar ik ben al lang blij dat we überhaupt weer open mogen’, zegt de uitbater van het Dedemsvaartse café. ‘Alles beter dan op slot of open tot vijf uur. Want ook dat was drama.’
Verwarmd winterterras
Hij hoopt dat zijn klanten dan nu echt gebruik kunnen gaan maken van de mooie nieuwe pui aan de voorkant. ‘In oktober hebben we dat gerealiseerd met het oog op de winter. Een verwarmd winterterras, heel behaaglijk en toch buiten. Fijn ook voor de rokers. Maar toen ging het land weer op slot en hebben we er maar heel kort van kunnen genieten. Ik hoop echt dat nieuwe maatregelen ons vanaf nu bespaard blijven.’
Sinds zes jaar runt René, afkomstig uit Drogteropslagen, met veel plezier De Kalkwieke. Hij is een horecaman in hart en nieren. ‘Toen ik zes was haalde ik al de glazen op bij een studentenvereniging in Deventer’, lacht hij. Later leerde hij de fijne kneepjes van het vak in de horeca op Mallorca, bij Paddy’s in Balkbrug en Rembrandt in Coevorden. Zijn langste tijd sleet hij bij De Kalkwieke. Totdat hij de kans kreeg om de zaak over te nemen van de familie Brand. Die pakte hij met beide handen. ‘Dat er nog eens een pandemie met een lockdown op mijn pad zou komen, had ik natuurlijk niet verwacht. Maar ja, wie wel.’
‘Ik kon niet wennen aan het vroege opstaan’
Om rond te kunnen komen, besloot hij in de eerste lockdown in de bouw aan de slag te gaan. Zijn personeel werd doorbetaald, maar zelf moest hij zijn eigen brood op de plank verdienen. ‘Ik heb in die tijd echt wel overwogen om de boel te verkopen. Heel even maar hoor. En ja, het is waar, de bouw biedt in tijden van corona meer zekerheid. Maar ik kon echt niet wennen aan het vroege opstaan. Soms vier uur, half vijf. Dat is geen doen voor een horecaman die normaal gesproken rond dat tijdstip zijn bed in rolt’, grinnikt René.
‘Weer een nieuwe buffer opbouwen’
Echt gewanhoopt heeft hij nooit, ‘maar’, zegt hij, ‘ik heb me echt wel eens afgevraagd hoe ik alles moest gaan rondbreien. Ik heb geleerd om het zuiniger aan te doen. Vroeger haalde ik meteen iets nieuws als er wat kapot ging. Nu kijk ik eerst of het nog te repareren valt. Als de bodem van de buffer die je hebt opgebouwd in zicht is, dan leer je dat vanzelf. We hebben een goede zomer gedraaid, maar ook nu is de rek er weer zo goed als uit. En dat betekent dat we weer een nieuwe buffer moeten gaan opbouwen. Dat kan alleen door hard te werken en zuinig aan te doen.’
De Dedemsvaartse uitbater merkt dat de klanten hem goed gezind zijn. ‘Die zaterdag dat we uit protest opengingen hadden we allemaal 35 euro fooi. Dat zegt genoeg. En dat doet ons heel erg goed.’
De bar is open!
‘Natuurlijk hadden we erop gerekend dat we samen met de middenstand weer open mochten. Toen bleek dat dit niet het geval was, voelde ik me neergeslagen.’ Maar ondanks het gevoel van onrecht, overheerste een week later de blijdschap. ‘We kunnen niet wachten om er weer flink tegenaan te gaan. We zijn alweer bezig met de organisatie van de Avereester Kroegentocht in maart’, laat René enthousiast weten, terwijl hij een biertje tapt. De bar is open!
Wil je op de hoogte blijven van het reilen en zeilen bij eetcafé De Kalkwieke? Dat kan via Facebook en Instagram.
Kijk voor meer verhalen op werken, wonen en doen INDedemsvaart.